de klinische vertaalslag van de activiteit georiënteerde functietest

In de Nieuwsbrief van mei 2018 is de activiteit georiënteerde functietest aan de orde gekomen. Het stappenplan van de activiteit georiënteerde functietest staat in onderstaande tabel beschreven. Om het stappenplan meer handen en voeten te geven is er een concreet voorbeeld uitgewerkt onder de tabel. Veel leesplezier maar vooral succes met het implementeren van de test in het dagelijkse diagnostische proces.

De activiteit georiënteerde functietest
1 Het invullen van de functionele vragenlijsten

 

2 Analyse van de meest belastende problematische handelingen van de patiënt:

 

3 Bepaling van de prioriteiten van de problematische handelingen

 

4 Analyse van het praktische bewegingsverloop; functionele demonstratie

 

5 Bepaling van de transferoefeningen

 

6 Bepaling van de voorbereidende oefeningen

 

7 Bepaling motorische grondeigenschap
8 Bepaling revalidatiemethode in de motorische grondeigenschap
9 Bepaling belastingsvariabelen

 

Een voorbeeld:

Een jonge 18 jarige voetbalspeler met spontane lage rugklachten ,  de rugklachten zijn mechanisch van aard, er is sprake van een afwijkend beloop. De fysiotherapeut heeft de patiënt teruggestuurd naar de huisarts voor nader onderzoek. Zowel het bloedonderzoek als de MRI waren negatief. De huisarts stuurt de patiënt terug naar de fysiotherapeut voor fysiotherapeutische behandeling.

Uit het diagnostische proces bleek dat vooral tijdens het bukken en het tillen van een krat bier de pijnklachten in de lage rug toenemen.

Tijdens het fysiotherapeutische onderzoek besluit de fysiotherapeut de activiteit georiënteerde functietest uit te voeren.

De meest belastende activiteiten en meest storende activiteiten zijn voor de jonge voetballer op dit moment het bukken en tillen. (dit bleek uit het invullen van de QBPD scale en de PSK).

De fysiotherapeut vraagt aan de jonge voetballer of hij kan laten zien hoe hij bukt en tilt, wanneer het in het bewegingsverloop pijn doet, waar het pijn doet en of hij de pijn kan kwantificeren naar de NRS score.

Er wordt een bal voor de jonge voetballer neergelegd met de opdracht; de bal simuleert een krat bier, laat maar zien hoe je normaal bukt en tilt. De patiënt bukt met gestrekte knieën. De rug wordt van het begin aan geflecteerd. Bij het moment van tillen (in eindgradige flectie van de wervelkolom) doet het pijn laag lumbaal aan beide zijden uitstralend in de bil regio vooral links. De pijn wordt gekwantificeerd met een 6.

Uitgaande van het bewegingsverloop is de transferoefening voor het bukken en tillen de stiffed leg dead lift met beweging in de wervelkolom naar flectie

Daar de klachten vooral in de ochtend aanwezig zijn, na een half uur langzaam wat minder worden en de pijn vooral geprovoceerd wordt bij het bukken en tillen schat de fysiotherapeut in dat de patiënt zich bevindt in de ontsteking/proliferatiefase. Derhalve maakt de fysiotherapeut de keuze om vooral in een pijnvrije uitgangshouding zijn segmentale musculatuur te trainen; de M. Transversus abdominis in ruglig met de knieën 90 graden geflecteerd.  De revalidatiemethode die wordt gekozen in de motorische grondeigenschap coordinatie is cognitief/corticaal voet regio.

De belastingvariabelen voor de revalidatiemethode cognitief/corticaal voet regio zijn: underloaded gewicht, 2-4 series, 10-15 herhalingen, 1-0-1 ritme, pauze 30-60 seconden, supercompensatietijd 12-24 uur. Naast deze oefeningen wordt het lokale systeem getraind door bekkenbodem oefeningen en ademhalingsoefeningen te implementeren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *