| Test van de maand: Sitting knee extension | |
| Beginpositie | Eindpositie |
| De patiënt zit op de behandelbank met de wervelkolom in een neutrale positie. De knieën hangen van de bank af. | De patiënt heeft afwisselend de knie gestrekt voorbij de 30-50 graden extensie. |
| Bewegingsverloop | De patiënt wordt gevraagd afwisselend de knie te extenderen tot het moment dat er rek wordt gevoeld aan de achterzijde van het bovenbeen. Wanneer de extensie gaat voorbij de 30-50 graden zonder beweging in de wervelkolom is de test negatief.
Wanneer de wervelkolom voor de 30-50 graden extensie een flexiebeweging uitvoerd is de test positief voor een flexiepatroon. Wanneer ook het homolaterale bekken wordt opgetild is er sprake van een flexie/rotatiepatroon. |
| Doelgroepen | Deze oefening kan worden toegepast bij patiënten met wervelkolom klachten waarbij er mogelijk sprake is van een flexiepatroon in de wervelkolom. |
| Doelen | Het doel van deze test is om vast te stellen of er bij een patiënt sprake is van een compensatoir motorisch bewegingsgedrag waarbij er sprake kan zijn van een flexiepatroon of een flexie/rotatiepatroon. |
| Uitleg | Tijdens dynamische activiteiten wordt met name de lumbale lordose zo snel mogelijk in een kyfose getrokken. Het daaropvolgende verlies aan actieve stabiliteit en toename van de passieve stabiliteit geeft meer belasting op de passieve dorsale wervelkolomstructuren, waardoor rugpijn kan ontstaan. Zitten met een gebogen wervelkolom, buigen en fietsen zijn de typische activiteiten die dan rugpijn veroorzaken bij een flexiepatroon.
|