Oefening van de maand: exorotatietraining van de schouder

    

Exorotatietraining schouder aan de entreepulley
beginpositie eindpositie
De patiënt staat bij het pulleyapparaat met de te trainen schouder van de pulley af.

De pulley wordt afgesteld op de hoogte van de elleboog van de patiënt.

De patiënt flecteert de elleboog in 90 graden flectie, de elleboog en de bovenarm zijn gestabiliseerd in de zij van de patiënt

De uitgangshouding van de patiënt is gelijk aan de beginpositie waarbij het glenohumeraal gewricht in de optimale actieve bewegingsuitslag in exorotatie is.
bewegingsverloop Vanuit de beginpositie wordt de onderarm vanuit de endorotatie positie naar de optimale actieve bewegingsuitslag in exorotatie (glenohumeraal) bewogen.
doelgroepen Deze oefening kan worden toegepast bij patiënten met schouder klachten
doelen Het belangrijkste doel van de oefening is het centreren en caudaliseren van de humerus in de cavitas glenoidale. Dit door het versterken van de exorotatoren van de rotatorenmanschette; M. Infraspinatus en M teres minor.
Waar op te letten Belangrijke aandachtspunten bij het uitvoeren van deze oefening is:

 

De positie van de scapula; de scapula bevindt zich in een retractiepositie. Deze uitgangshouding leidt ertoe dat de exorotatoren EMG technisch meer motorische eenheden kunnen rekruteren.

 

Het is van belang dat de scapula tijdens het uitvoeren van de exorotatiebeweging niet naar elevatie wordt gebracht.

 

De elleboog en bovemarm blijven gefixeerd in de zij van de patiënt. Bij abductie van de bovenarm ontstaat er activiteit van de M. Deltoideus. Activiteit van de M. Deltoideus transleert de humeruskop naar craniaal. Dit leidt tot een verkleining van de subacromiale ruimte. Het risico op SAPS (Sub Acromial Pain Syndrom) neemt toe.

 

Tijdens het uitvoeren van de oefening is het een voorwaarde dat er pijnvrij wordt getraind. Pijnvrij trainen voorkomt pijninhibitie van de rotatorcuff.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *