| One sided Biceps Curl | |
| beginpositie | eindpositie |
|
de cliënt staat rechtop. De voeten op heupbreedte. De wervelkolom in een neutrale positie. De dumbell in een hand en de elleboog licht geflecteerd |
de cliënt staat rechtop. De voeten op heupbreedte. De wervelkolom in een neutrale positie. De eindpositie van de elleboog is in flexie en supinatie. De eindpositie van de bovenarm bovenarm in 45 graden anteflectie en 10-15 graden adductie |
| Bewegingsverloop | de beweging wordt geïnitieerd door flexie/supinatie van de elleboog. Gedurende het flecteren en supineren vindt er een lichte anteflectie/adductie beweging in het glenohumerale gewricht plaats. De beweging wordt zover uitgevoerd dat er geen totaal musculair spanningsverlies in de M. Biceps ontstaat (niet voorbij het vertical moment met de onderarm komen) |
| doelgroepen | Deze oefening kan worden toegepast bij alle patiënten met schouder, elleboog, pols en rugklachten |
| doelen | · Mobiliteitsverbetering
· Stabiliteitsverbetering · Krachtverbetering |
| Waar op te letten | Belangrijke objectieve criteria bij deze oefening liggen bij:
– Een juiste uitgangshouding – Een juist bewegingsritme – Een juiste bewegingsuitslag – Een juist bewegingsverloop.
Vooral het behouden van musculaire spanning zowel aan het einde van de concentrische als de excentrische fase is hier van belang.
De oefening kan relatief snel worden uitgevoerd bij patiënten met schouderinstabiliteit of SAPS (sub acromial pain syndrom). Samen met de rotatorcuff kan de M. Biceps brachii centreren en caudaliseren
Let bij de uitvoering van de oefening goed op de positie van de scapula en de schoudergordel; niet teveel protractie en geen scapuladyskinesie |