Test van de maand: Pelvic Tilt |
Beginpositie |
Eindpositie |
De patiënt staat rechtop met de wervelkolom in zijn of haar individuele curvatuur. |
De patiënt heeft het bekken naar achteren gekanteld zonder dat er sprake is van beweging in de thoracale wervelkom. |
Bewegingsverloop |
Vanuit de beginpositie wordt de patiënt gevraagd het bekken naar achteren te kantelen. Wanneer de patiënt dit kan en de thoracale wervelkolom blijft in de neutrale positie is de test negatief. Wanneer de thoracale wervelkolom afvlakt/beweegt is de test positief |
Doelgroepen |
Deze oefening kan worden toegepast bij patiënten met wervelkolom klachten waarbij er mogelijk sprake is van een flexiepatroon in de wervelkolom. |
Doelen |
Het doel van deze test is om vast te stellen of er bij een patiënt sprake is van een compensatoir motorisch bewegingsgedrag waarbij er sprake kan zijn van een extensiepatroon |
Uitleg |
Tijdens dynamische activiteiten wordt met name de lumbale lordose zo snel mogelijk in een lordose getrokken. Het daaropvolgende verlies aan actieve stabiliteit en toename van de passieve stabiliteit geeft meer belasting op de passieve ventrale wervelkolomstructuren, waardoor rugpijn kan ontstaan. Lang staan, reiken boven de macht zijn typische activiteiten die rugpijn veroorzaken bij een extensiepatroon. |